Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Abraham nu was [1]oud, [en] [2]wel bedaagd; en de HEERE had Abraham in alles [3]gezegend. 1. Zie boven hfdst.18 vs.11. Abraham was in dezen tijd omtrent 140 jaren oud; want hij was honderd jaren oud toen Izak geboren werd, boven, hfdst.21 vs.5; en Izak was 40 jaren oud, toen hij Rebekka trouwde; onder hfdst.25 vs.20. 2. Hebr. gaande in dagen; Zie deze manier van spreken boven, hfdst.18 vs.11. 3. Zie bov. hfdst.12 vs.2.